Gevolgen van het Italiaanse referendum

De overwinning van het nee-kamp bij het Italiaanse referendum zouden we willen betitelen als weinig schokkend op de korte termijn, maar als zeer negatief voor Europa op de langere termijn. Wat is er namelijk aan de hand?

Italië heeft haar overheidstekort redelijk onder controle en het is echt niet zo dat de populisten die de euro willen verlaten plotseling de overhand hebben gekregen. Sterker nog, nog geen 20% van de Italianen wil echt van de euro af. Verder komt er nu waarschijnlijk een regering die zich vooral zal bezighouden met vernieuwing van het kiesstelsel - zodat het voor de Vijf Sterrenbeweging veel moeilijker wordt om aan de macht te komen - en op economisch gebied voor een groot deel de politiek van de Renzi-regering zal voortzetten.

Waar het echter misloopt, is dat de Italiaanse economie vanaf 1960 met slechts gemiddeld 0,6% per jaar is gegroeid. Blijft dit zo, dan blijft de government debt/GDP-ratio – nu circa 133% - zelfs oplopen bij het circa 2% tekort op de overheidsfinanciën. Dan gaat Italië vanzelf failliet. Hier doet zich ook iets idioots voor.

Vrijwel alle experts zijn het erover eens dat de enige manier waarop de Italiaanse economie harder kan groeien structureel hervormen is. Om een paar zaken te noemen: liberalisering van de arbeidsmarkt, ervoor zorgen dat jongeren met een goede opleiding niet meer in groten getale naar het buitenland verdwijnen, een veel beter functionerend rechtssysteem, einde aan de grote corruptiepraktijken, liberalisering van productmarkten, einde aan allerlei voorkeursposities die veel machtsblokken voor zichzelf hebben gecreëerd enzovoort. Verder moet van alles gedaan worden om de productiviteit op te voeren. Deze ligt in Italië veel te laag ten opzichte van de rest van Europa en zorgt er daarmee voor dat lonen nauwelijks kunnen stijgen.

Met hun ‘nee’-stem hebben de meeste Italianen zich echter verzet tegen veel van deze hervormingen en ook tegen Europa. Deze laatste wordt ervan beschuldigd Italië in de hoek te drijven met de structurele hervormingen. Verder wordt er veelal van uitgegaan dat een deel van de structurele hervormingen er nog wel doorheen te krijgen zou zijn als de Italiaanse economie behoorlijk zou groeien. Daar is echter fiscale stimulering voor nodig, maar het is weer Brussel die dit tegenhoudt. Die draait het om en zegt: eerst structureel hervormen.

Wat de Italiaanse kiezer er echter niet bij verteld wordt, is dat normaliter de Italiaanse rente op 6% of hoger zou staan. Door hervormingen af te wijzen, zou de rente slechts nog verder zijn gestegen. In ieder geval zou de rente op een dusdanig niveau uitkomen dat de Italiaanse overheid en banken snel failliet zouden gaan. Helemaal omdat, zoals eerder aangegeven, de groei zonder structurele hervormingen sowieso laag blijft. De enige reden dat de rente in Italië niet op 6% of hoger staat, is dat de ECB en de rest van Europa in feite Italiaans overheidspapier garanderen en op grote schaal opkoopt. Dit heeft twee belangrijke consequenties:

  • De ECB bezit allerlei Italiaanse obligaties die eventueel nooit afgelost zullen worden. De rest van Europa draait dan voor dit verlies op.
  • Om de Italiaanse economie op de been te houden, moet de ECB de rente zeer laag houden, waardoor de Duitse economie langzamerhand richting oververhitting gaat. Uiteindelijk wordt de Duitse economie hier niet sterker, maar zwakker van.

Zo langzamerhand begint er ook een toenemend verzet tegen de politiek van de ECB te komen. Om de Italiaanse economie op de been te houden, blijft de rente zeer laag, maar dit maakt het voor de Italiaanse kiezer juist mogelijk ‘nee’ tegen de hervormingen te stemmen. Komen er echter geen hervormingen, dan blijft de Italiaanse economie te langzaam groeien en nemen de financiële risico’s voor de rest van Europa toe. De vraag is hoe lang de rest van Europa dit blijft accepteren. Wij denken dat dat niet lang meer duurt, waardoor de spanningen binnen de EMU snel kunnen oplopen. De vluchtelingenproblematiek speelt hierbij ook een belangrijke rol. Vluchtelingen blijven in grote aantallen Italië binnenkomen. De rest van Europa doet maar weinig om het land vervolgens te helpen bij de opvang van hen. Dit heeft het anti-Europagevoel in Italië nog eens aanzienlijk verder vergroot.

De conclusies die we uit dit alles voor de financiële markten trekken, zijn de volgende:

  • Op de korte termijn zal de ECB ervoor zorgen dat de Italiaanse rentes laag blijven en de situatie rondom de Italiaanse banken niet uit de hand zal lopen. Dit is voor de markten geruststellend en zal de euro en de Europese aandelen helpen. Verder moet bedacht worden dat er in de VS waarschijnlijk te veel positiefs van Trump verwacht wordt, waardoor de aandelenkoersen wereldwijd onder druk kunnen komen te staan. Hetzelfde geldt voor de rentes en de dollar. Nog altijd denken we daarom dat EUR/USD richting 1,10 kan oplopen.
  • Op de iets langere termijn bezien, zien we het programma van Trump echter tot hogere rentes en een sterkere dollar leiden. Verder zien we de spanningen binnen de EMU oplopen en angst ontstaan voor het op den duur uiteenvallen daarvan, dus het verdwijnen van de euro. Voor de koersen van de Europese aandelen en van de euro is dit negatief. EUR/USD zien we de komende kwartalen dan ook onder pariteit en richting 0,90 dalen.

Stel uw vraag aan

Eddy Markus

Eddy Markus

Executive Director

DIRECT BELLEN DOWNLOAD WHITEPAPER